Op 4 juni bespreekt de gemeenteraad van Delft het voorstel van het College van B & W voor de uitwerking van de zogenaamde studietoeslag in Delft. STIP wil via twee voorstellen deze studietoeslag zo eerlijk mogelijk maken voor Delftse jongeren.
Foto van: Francois de Halleux
De studietoeslag is een instrument dat is toegevoegd aan de Participatiewet en is bedoeld om jongeren die niet kunnen werken te ondersteunen tijdens hun studie. Voordat de participatiewet inging was er ook al zo'n instrument: de studieregeling in de Wajong. Beide regelingen komen neer op een maandelijkse uitkering aan jongeren met een arbeidshandicap. In de oude Wajongregeling kon dit bedrag oplopen tot zo'n € 375,- per maand.
Met een toeslag werden/worden jongeren gecompenseerd voor het feit dat het voor hen lastiger is om naast hun studie een bijbaan te hebben. Daarnaast is voor hen de drempel om te lenen bij DUO ook een stuk hoger, aangezien de kans op een baan na een studie veel minder groot is. Met de studietoeslag is het mogelijk om zoveel mogelijk financiële barrières weg te nemen om te gaan studeren. Deze taak ligt sinds de decentralisaties net als vele andere taken bij de gemeente. Gemeenten kunnen hier nog een paar keuzes in maken, die hieronder worden toegelicht.
De periode van uitbetaling
De gemeente kan ervoor kiezen om de studietoeslag in één keer uit te betalen of maandelijks. In Delft heeft het college ervoor gekozen om maandelijks uit te betalen. STIP vindt dit een slimme keuze. Kosten worden immers ook maandelijk gemaakt en een bijbaan betaalt normaal ook maandelijks uit.
Een nadeel bij deze maandelijkse uitbetaling is wel dat er door de gemeente loonheffingen over de studietoeslag betaald moet worden (zo'n 26%). Het grootste deel van de jongeren kan dit bedrag terugvragen bij de belastingdienst. In de commissievergadering heeft wethouder Brandligt op verzoek van STIP toegezegd om hier duidelijk over te communiceren. STIP is hier tevreden over.
De hoogte van uitbetaling
Een andere keuze die gemeenten kunnen maken is de hoogte van de studietoeslag per maand. In een artikel van Binnenlands Bestuur is al gebleken dat er grote verschillen zijn tussen gemeenten in de hoogte, en de SP heeft hier ook al Kamervragen over gesteld.
De grote verschillen tussen gemeenten volgen uit de verdeling van het budget. Het budget voor de individuele studietoeslag is door het rijk "platgeslagen" verdeeld: er is enkel gekeken naar het aantal inwoners per gemeente. In Delft wonen er dankzij het grote aantal onderwijsinstellingen relatief meer jongeren die gebruik van de regeling zullen maken. Delft wordt daarom gedwongen om hetzelfde budget over meer jongeren uit te spreiden. Het college wil de studietoeslag daarom vaststellen op €100,-. STIP vindt dit bedrag veel te laag. In de raadsvergadering van 4 juni dient STIP daarom twee voorstellen in om de situatie voor Delftse jongeren met een arbeidshandicap te verbeteren.
Allereerst vragen we het college om het probleem landelijk onder de aandacht te brengen. Het structurele probleem zit namelijk in de onevenredige verdeling van de budgetten tussen gemeenten. STIP heeft hiervoor een motie voorbereid.
Daarnaast willen we op korte termijn het probleem voor Delftse jongeren proberen te verkleinen. Daarom wil STIP de studietoeslag in Delft vaststellen op € 150,- in plaats van op € 100,-. € 150,- is namelijk voor de studenten in het hoger onderwijs genoeg om collegegeld van te betalen. STIP denkt dat dit voor een aantal jongeren met een arbeidshandicap een financiële barrière weg kan nemen om te gaan studeren.
Dit is goed voor jongeren met een arbeidshandicap, omdat we op deze manier hen maximaal stimuleren om te gaan studeren en hen de kans geven op een mooiere baan.
Daarnaast is het ook goed voor de gemeente, omdat naar verwachting een groot deel van de jongeren die niet gaat studeren met een arbeidshandicap op een andere manier bij de gemeente terecht komt. Omdat zowel een uitkering, als alle andere instrumenten om deze jongeren aan het werk te helpen duurder zijn dan de studietoeslag kost dit de gemeente onder de streep uiteindelijk meer.
Met de twee voorstellen: Landelijke aandacht voor de onevenredigheid in de verdeling van budgetten én een ophoging naar € 150,- voor Delft zorgen we ervoor dat Delftse jongeren met een arbeidshandicap zoveel mogelijk gestimuleerd worden om te gaan studeren. Voordelig voor zowel hen, als de gemeente Delft.
Door: Bas Vollebregt