Na twee gewelddadige incidenten in korte tijd is Delft flink geschrokken. Coffeeshops The Game en The Future zijn met oog op veiligheidsoverwegingen en het lopend politieonderzoek voor onbepaalde tijd gesloten. Wat STIP betreft staat de veiligheid van onze inwoners voorop. Maar naar aanleiding van de sluiting hebben we nog wel wat vragen.
Door de aard van hun beroep zijn coffeeshopeigenaren aangewezen op contact met het criminele circuit, een reden waarom STIP graag toe wil naar gereguleerd wietteelt beleid. Met de aanslagen van de laatste tijd is er flink wat opschudding gekomen en dan rest de vraag, hoe moet de gemeente hiermee omgaan? Het is meer dan terecht dat nu de onderste steen boven moet komen en er wordt dan ook eerst uitgebreid politieonderzoek gedaan. Maar daarna moeten we ook weer verder.
Wanneer een Delftse ondernemer bedreigd wordt is zijn veiligheid en die van zijn bezoekers van het grootste belang, maar dat betekent niet dat dat het enige belang is wat speelt. Zoals het belang van de gebruiker, die nog steeds op een veilig adres zijn cannabis moeten kunnen kopen. Dit wordt nu bemoeilijkt door een teruggang van 4 naar 2 coffeeshops. Of het belang van de onderneming, want door deze geforceerde sluiting ontstaat een flink verlies aan inkomsten.
Wat STIP betreft komt er snel duidelijkheid over de oorzaak en het gevolg van de aanslagen. STIP vindt in ieder geval dat wanneer een Delftse ondernemer bedreigd wordt deze ervan uit moet kunnen gaan dat de gemeente alles doet om hem bij te staan. Zo weten de criminelen dat ze hier met geweld geen voet aan de grond zullen krijgen.
Daarom stellen we de onderstaande schriftelijke vragen aan het college:
- Is het college het met ons eens dat we gewelddadige criminelen geen voet aan de grond moeten geven?
- Is het college het met ons eens dat de verkoop van cannabis vanuit een coffeeshop altijd de voorkeur verdient boven verkoop vanaf straat?
- Deelt het college de voorkeur dat sluiting van een bedrijf voor onbepaalde tijd geen gevolg zou moeten zijn van dreigementen en/of geweld in richting van een ondernemer, en dat een sluiting van zo kort mogelijke duur zou moeten zijn?
- Wat doet het college om de ondernemer zo vroeg mogelijk op de hoogte te stellen van de aard van de sluiting en de duur van de sluiting?
Voor meer informatie contacteer Sybren van der Velde en Twan de Nijs