Algemene Beschouwing 2015

Innovatie ondersteunt herstel

Algemene Politieke Beschouwingen van STIP, zoals uitgesproken door Dorris Derksen. Het gesproken woord telt.

Geachte voorzitter, college, leden van de raad en mensen op de publieke tribune,

Op 23 september vorig jaar zag ik een programma, "Dit is de dag." In dat programma zag ik het volgende:

Een oudere dame hield een foto omhoog van een oudere meneer, en vertelde tegen een kleine robot dat tegenover haar stond dat het een foto was van haar overleden man.

Het robotje antwoordde hierop, en vroeg waaraan haar man was overleden.

Zo begon een daadwerkelijk gesprek, waarbij de vrouw de kans kreeg te praten over alle mooie momenten die ze had gehad met haar man.

Toen ik deze algemene beschouwing namens STIP begon te schrijven kon ik veel koppelen aan dit fragment. Ten eerste onze kracht: namelijk technologische innovatie. Studenten van de TU Delft maakten een zorgrobot met de naam Eva.

Daarnaast ook de uitdagingen waar we voor staan. De kleinere budgetten in de zorg, die ons vragen om te innoveren. Niet omdat het zo leuk is om te doen, maar omdat het essentieel is. Omdat we wel moeten.

Als laatste bedacht ik door dit fragment dat innovatie juist komt op plekken waar je het in eerste instantie niet verwacht. Ik geloof nog steeds niet dat we persoonlijk contact volledig kunnen vervangen door een zorgrobot, maar het zou zo maar kunnen dat de fractievoorzitter van STIP die hier over 20 jaar staat mij uitlacht om deze uitspraak.

Voorzitter,

In deze algemene beschouwing ga ik een aantal belangrijke thema´s voor onze stad langs, en zal mij af en toe laten leiden door de zorgrobot Eva. Ik heb vier thema´s:

Allereerst zal ik ingaan op de financiële situatie.

Als tweede op een aantrekkelijke stad.

Vervolgens ga ik in op de grote veranderingen in het sociaal domein voor aankomend jaar en hoe deze ons dwingen tot verandering.

Als vierde ga ik in op verandering in bredere zin bij de gemeente.

Voorzitter, als eerste over de financiële situatie.

De afgelopen jaren en het laatste jaar in het bijzonder hebben we vooral hierover gesproken. En terecht. Delft had het financieel gezien moeilijk en alle maatregelen ter verbetering van deze financiële positie deden en doen pijn. Echter, zoals ik bij de bespreking van de kadernota ook al aangaf, is Delft véél meer dan haar financiën. Daar werd ik toen op aangesproken. Toch zeg ik het nu weer. Delft is zoveel meer dan haar financiën. Delft heeft veel moois te bieden, daar moeten we trots op zijn.

Voorzitter,

Juist nu loont het om verder te kijken. Delft heeft weer zicht op herstel, op een financieel gezonde toekomst. STIP kiest bewust voor het op peil te houden van voorzieningen, om de economie te blijven stimuleren en in de toekomst ruimte te houden voor investeringen.

Die weg naar een gezonde toekomst bewandelt Delft niet alleen, ook anderen hebben bijgedragen aan ons herstel. Zoals de Provincie en het Rijk, maar ook de meer nabije regio is van belang. Delft is geen eiland: investeren in en met de regio, levert veel op.

Afgelopen jaar is de MRDH echt van start gegaan. Een buitenkans voor Delft, dat het hart van deze Metropoolregio is. Die unieke situatie moeten we benutten, op het vlak van bereikbaarheid en van economie.

Het stimuleren van de economie leidt tot banen op alle niveaus, tot innovaties die de hele wereld overgaan en tot kansen voor lokale ondernemers.

We moeten wel slim blijven investeren, als stad en met de regio.

Er zijn namelijk nog stappen te zetten met de kenniseconomie, ik zal er een aantal noemen.

Ten eerste: meer ruimte voor maakbedrijven, die uit bijvoorbeeld Yes!Delft groeien.

Daarnaast ook meer zichtbaarheid in de stad. Letterlijk aan de stad de innovatie ten toon stellen, zodat het net als Delfts Blauw zichtbaar wordt in de gehele stad.

Ten derde wordt er met Delft Technology Partners ingezet op het trekken en behouden van bedrijven, beiden belangrijk.

Waar ook nog veel te winnen valt, is het verbinden van de kennisintensieve bedrijvigheid met het mkb. Initiatieven zijn daar al voor in de stad. Bijvoorbeeld de recent opgerichte Ideation Club, waar studenten in contact worden gebracht met bedrijven. Hier werken ze aan uitdagingen en komen ze met vernieuwende oplossingen, zoals zorgrobot Eva. Graag ziet STIP dat het college dit soort initiatieven omarmt en ondersteunt.

Voorzitter, dan naar het tweede thema: een aantrekkelijke stad. Een randvoorwaarde is goede bereikbaarheid

Juist in een stad als Delft, waar weinig ruimte is, moeten we blijven inzetten op goede bereikbaarheid met de fiets. Toegankelijkheid, goede verbindingen en het gratis kunnen stallen van je fiets, horen daar wat STIP betreft bij. Of het nou bij het station is, in de binnenstad of voor de deur thuis, het college moet blijven inzetten op goede en vooral voldoende stallingsmogelijkheden. Voor het stationsgebied vertaalt dat zich in een derde ondergrondse fietsenstalling.

Voorzitter,

De positieve ontwikkeling in de Spoorzone wordt nu echt zichtbaar. Een stukje Delft dat de stad zal gaan verbinden en verrijken. Op deze manier kunnen we als Delft echt uitstralen dat we geloven in 'Delft creating history'. We zijn trots op onze geschiedenis, en geven tegelijkertijd de ruimte voor nieuwe initiatieven. De nieuwe wijken bieden kansen voor starters en voor kenniswerkers, mensen die nu nog moeite hebben een woning te vinden in Delft. Die groepen willen we graag aan Delft binden. Daarmee werken we ook aan een evenwichtige balans in de woningvoorraad van Delft.

De Spoorzone wordt aan de stad gekoppeld door het Agathaplein: een bruisende toegangspoort die de historische stad verdient. Het Prinsenkwartier is hier een grote factor in. Een initiatief dat draait zonder financiële hulp van de gemeente. En dat cultuur, ondernemerschap en techniek samenbrengt in een nieuwe culturele hotspot. Een initiatief dat met veel partners tot stand is gekomen, waaronder Het Collectief, TOP, Het Prinsenhof en Kadmium. Hier mogen we echt trots op zijn.

Wat daar goed gebeurt, is het slaan van bruggen. En dit kan wat STIP betreft op meer plekken. Binnen de cultuursector in Delft zou STIP graag willen zien dat er een beter verband tussen culturele evenementen komt. Het opstellen van het cultuurkader is hét moment om dit te realiseren. Ook een cultuurbalie is hierbij onmisbaar.

Om als stad aantrekkelijk te blijven, moeten we ook durven investeren. Bijvoorbeeld een investering in Het Prinsenhof om het straatje van Vermeer weer thuis te laten komen. Het helpt het museum de toekomst in, ondernemers profiteren van diens aantrekkingskracht en het zet Delft nog beter op de internationale kaart.

Waar vernieuwing in de cultuursector gaande is, is er een ander gebied waar dit nog veel relevanter is en zo kom ik op mijn derde thema:

Het Sociaal Domein

Hier heeft afgelopen jaar de grootste overgang plaats gevonden. Een overgang waarbij niet alleen gevraagd werd te bezuinigen, maar om een heel nieuw systeem op te tuigen. Er is nog veel te doen, laat daar geen misverstand over bestaan, maar we kunnen met een gerust hart zeggen dat de overgang heeft plaatsgevonden zonder grote calamiteiten. De gemeente, organisaties, mensen in de stad hebben daar heel hard voor gewerkt. Dat is een groot compliment waard.

Nu moeten we de volgende stap. Delft moet verder inzetten op preventie, op lichte zorg en op keuzevrijheid. Juist Delft kan dat; met kennis, met innovatieve kracht en in samenwerking met de stad. Delft voor Elkaar is daar een goed voorbeeld van. Een verdere transformatie vraagt echter ook een nog verdere integratie van werkvormen, loketten en organisaties.

Die extra stap moeten we in de hele gemeentelijke organisatie zetten. Dat brengt mij op mijn laatste thema.

STIP verwacht dat we als hele gemeente inzetten op verandering, waar mogelijk ondersteunt door techniek. Niet als doel op zich, of om cool te doen, maar om ook met de beperkte middelen die we hebben, de taken goed uit te kunnen voeren. Daarvoor moeten we onze dienstverlening blijven innoveren. En moeten we de stad ruimte geven. Geen regels waar het niet nodig is, faciliteer initiatieven en stimuleer waar nodig.

Ook op het gebied van duurzaamheid zijn er veel kansen. Er zijn verscheidene mooie initiatieven in de stad en ook op regionaal niveau. Daar wordt gewerkt aan een warmterotonde, een project met grote impact voor de regio en voor Delft. Het mooist, zijn de initiatieven waar we ons nu nog niet eens iets bij voor kunnen stellen. Denk ook daarbij aan het persoonlijke gesprek dat een zorgrobot voerde met een eenzame oude vrouw, ik kon het me nog niet voorstellen.

Voorzitter,

Ik rond af.

Juist zorgrobot EVA laat goed zien dat we de toekomst niet kunnen voorspellen. Dat specifieke verandering niet altijd te plannen valt.

Dat geldt:

voor onze financiële situatie

Voor wat onze kenniseconomie nog gaat brengen,

Voor hoe we een nog aantrekkelijkere stad kunnen worden,

Voor hoe we de innovatie in het sociaal domein gaan vormgeven,

En voor hoe we door onze hele organisatie verandering gaan doorvoeren.

Laten we ook als raad kijken naar verandering. U ziet het al op mijn zetel:

Wellicht komt er een moment dat er in deze zaal alleen nog maar zorgrobots zitten die deze stad besturen.

Dank u voorzitter.